Geoptimaliseerde kabelbaanfunctie

De drie belangrijkste wijzigingen in de kabelbaanfunctie in DDS-CAD 15 zijn verbeteringen in het handhaven van de afstand tot muren, verschillende installatiehoogten en snellere wijzigingen in het product. Lees in dit artikel hoe je dat kunt doen.


Introductie

De eisen in drie onderstaande hoofdstukken verschillen van elkaar. Raadpleeg daarom de hoofdstukken afzonderlijk.


Verbetering met verschillende montagehoogten

Om de verbetering te laten zien hebben wij in ons voorbeeldproject een kabelladder getekend. Hierop wordt op een andere montagehoogte een nieuwe kabelladder getekend en verbonden. Deze nieuwe kabelladder zit vast aan je cursor. Als je op de andere kabelladder gaat staan met de cursor wordt deze automatisch gevangen. Een 'directe' verbinding is echter niet langer mogelijk. Omdat er in deze sitautie altijd een schuin routesegment is geweest (beginnend bij het laatste vaste punt en zonder de nodige ‘elleboog’). 

Stel een vast punt in om de kabelladder op een andere montagehoogte aan te sluiten. Dit wordt gebruikt om een bocht op deze positie in te voegen en zo een juiste verbinding te krijgen.

De 3D-weergave ziet er als volgt uit:


Verander het hele product

In dit voorbeeld werden twee secties getekend met behulp van een kabelladder. Nu moet een sectie worden vervangen door een ander product. Dit wordt een kabelgoot.

Ga als volgt te werk om te wijzigen.

  • Dubbelklik op het gedeelte dat je wilt wijzigen. Het dialoogvenster 'Kabelbaan' verschijnt.

  • Klik op "...". De productdatabase wordt geopend.

  • Kies een ander product en bevestig met 'OK'. De productdatabase wordt gesloten.

  • Bevestig uw wijzigingen met 'OK'. Het dialoogvenster 'Kabelbaan' wordt gesloten en de hele sectie - inclusief alle segmenten - verandert.


Afstand tot muren

Het leggen van een kabelbaan langs een muur of op lijnen is verder geoptimaliseerd in versie 15, zodat je de kabelbaanroutes nog sneller kunt definiëren.

Tot dusver was het noodzakelijk om de [Ctrl]-toets ingedrukt te houden om op een muurlijn te tekenen.

Nu is het voldoende om de muurlijn te naderen en het vangpunt te selecteren met een linkermuisklik. De vereiste afstand wordt automatisch berekend door DDS-CAD op basis van de kabelbreedte.

  • Leid de 'kabelbaan' op een muurlijn. Een geprojecteerd snappunt verschijnt.

  • Klik op het geprojecteerde snappunt. De kabelgoot is uitgelijnd met de muur.

Dit geeft de volgende weergave:

Natuurlijk is het ook mogelijk om de kabelloop achter de muur op de muurlijn te laten uitlijnen. Het enige dat je hoeft te doen, is op het klikpunt 'achter' de muur klikken.

Dit geeft de volgende weergave:

Ga als volgt te werk om een kabelladdereinde precies op de wandlijn te krijgen.

  • Houd de [Shift] -toets ingedrukt.

  • Leid de 'kabelbaan' op een muurlijn. Het snap-punt verschijnt.

  • Klik op het snappunt. De kabelbaan eindigt bij de wandlijn.

Dit geeft de volgende weergave: